Het belang van tijdig klagen

Niet iedereen is bekend met de regels van artikel 6:89 BW die inhouden dat klachten over de prestatie van een contractspartij tijdig kenbaar moeten worden gemaakt. Bij koopovereenkomsten geldt daarbij nog specifiek artikel 7:23 BW.

De klachttermijn is in de regel veel korter dan de verjaringstermijn!

Klachtplicht bij onvrede geleverde prestatie

De klachtplicht geldt niet alleen bij tegenvallende koopovereenkomsten maar ziet op alle situaties waarin een schuldeiser ontevreden is over de geleverde prestatie. De Hoge Raad heeft geoordeeld dat een schuldeiser met bekwame spoed moet onderzoeken of een prestatie aan de verbintenis voldoet. Gezien de aan art. 6:89 ten grondslag liggende ratio (namelijk dat de schuldenaar wordt beschermd doordat hij erop mag rekenen dat de schuldeiser met bekwame spoed onderzoekt of de prestatie aan de verbintenis beantwoordt en, indien dit niet het geval blijkt te zijn, zulks, eveneens met spoed, aan de schuldenaar meedeelt (Hoge Raad  11 juni 2010, NJ 2010,331).

Welke klachttermijn geldt, verschilt van geval tot geval.

De vraag of de klacht binnen bekwame tijd is geuit jegens de verkoper dient te worden beantwoord onder afweging van alle betrokken belangen en met inachtneming van alle relevante omstandigheden, waaronder het antwoord op de vraag of de verkoper nadeel lijdt door de lengte van de in acht genomen klachttermijn. Een vaste termijn kan daarbij niet worden gehanteerd, ook niet als uitgangspunt (vgl. HR 25 maart 2011, LJN BP8991 (Ploum/Smeets II).

Het Gerechtshof ‘s-Hertogenbosch heeft in een arrest van 31 januari 2012 bevestigd dat ook voor klachten tegen financiële dienstverleners geen universele vaste klachttermijn geldt. De klachttermijn moet worden vastgesteld aan de hand van de concrete omstandigheden van het geval. Bij consumentenkoop geldt in de regel een klachttermijn van twee maanden na ontdekking, bij beleggingsadvies is de klachtplicht meestal langer dan twee maanden.

Op 8 februari 2013 heeft De Hoge Raad bepaald dat het enkele feit dat al drie jaar lang bekend was dat er beleggingsverliezen werden geleden nog niet maakt dat de klachttermijn op dat moment al drie jaar geleden was ingegaan, laat staan reeds zou zijn verstreken. Het tijdsverloop is niet per definitie een zwaarwegender omstandigheid dan de andere relevante omstandigheden.

In die beoordeling speelt het tijdsverloop tussen het moment waarop het gebrek in de prestatie is ontdekt of redelijkerwijs had moeten worden ontdekt en de klacht weliswaar een belangrijke, maar geen doorslaggevende rol. De enkele omstandigheid dat het lang heeft geduurd voordat de cliënt heeft geklaagd, zonder dat daarbij de overige omstandigheden van het geval worden betrokken, zoals de aan- of afwezigheid van nadeel bij de bank door het tijdsverloop, is ontoereikend voor een succesvol beroep op art. 6:89 BW. In dat licht is onjuist dat – zoals het hof heeft geoordeeld – een fors tijdsverloop slechts onder bijzondere omstandigheden niet leidt tot verval van het recht om een beroep te doen op een gebrek in de prestatie.

Discussie klachttermijn

Uiteraard is het beter om als klagende partij niet in een discussie over de klachttermijn terecht te komen. Bevestig uw klachten zo concreet mogelijk en schakel tijdig een advocaat in als u ontevreden bent of twijfelt over de kwaliteit van het door bijvoorbeeld uw boekhouder/ financieel adviseur/ bank verzekeraar of aannemer geleverde werk.

Hebt u een klacht ontvangen van een klant, opdrachtgever of andere wederpartij? Laat dan ook onderzoeken of wel tijdig is geklaagd. Met dit toch formele verweer kan een langdurige inhoudelijke discussie vaak in de kiem worden gesmoord.

Neem voor meer informatie contact op met Advocatenkantoor Both, gevestigd in Utrecht en Amsterdam.

Overweegt u juridische stappen of wilt u juridisch advies over beleggingsverzekeringen of andere financiële producten?